Home Authors Posts by admin

admin

226 POSTS 0 COMMENTS

Provincie Livorno

De hoofdstad van de provincie Livorno is de gelijknamige stad Livorno. Tot de provincie Livorno behoort naast een geliefde kuststrook, het merendeel van de eilanden van de Toscaanse Archipel, waaronder ook het grootste en bekendste eiland Elba. De overige eilanden van de Toscaanse archipel die tot de provincie Livorno horen zijn Capraia, Montecristo, Gorgona en voormalig gevangenis-eiland Pianosa. De plaatsen in Livorno die u zeker met een bezoek moet vereren zijn de haven- en industriestad Piombino, Cecina, de luxueuse badplaats Castiglioncello, Portoferraio op Elba en het industriestadje Rosignano. Cecina is tevens de naam van de belangrijkste rivier die door de provincie Livorno stroomt.

Livorno
De stad Livorno is gelegen aan de Tyrheense kust en ligt bij de uitmonding van de rivier de Arno en is mede door deze prachtige ligging een belangrijk commercieel en industrieel centrum. De stad werd gevestigd op de plek van een oude Pisaanse haven tussen 1579 en de vroege 17de eeuw. Dit gebeurde in opdracht van Groothertog Cosimo I die van de stad de grootste haven van Toscane van wilde maken. De stad werd oorspronkelijk opgebouwd aan de hand van een pentagonaal ontwerp en met een nog steeds zichtbaar orthogonaal stratensysteem. De stad groeide in de 19de eeuw, werd zwaar beschadigd tijdens de laatste wereldoorlog en heeft vandaag de dag een moderne uitstraling.

Livorno heeft een groot aantal monumenten. Zo vindt men er het schitterende Fortezza Vecchia, de Kerk van S. Ferdinando, Porto Mediceo, Duomo en het monument ter ere van Ferdinando I, geheten de ‘4 Moren’ . Daarnaast is er natuurlijk de haven welke één van de belangrijkste havens van Italië is. Ook op het gebied van de cultuur heeft de stad genoeg te bieden. Zo vindt men er de Guerrazzi bibliotheek, het Giovanni Fattori Burgerlijk Museum, het Progressief Museum van de Moderne Kunst, de Staats Archieven, het Goldoni Theatre, het Stad Aquarium, het Centrum voor de Maritieme Biologie en de Zeevaart Academie.

Livorno is in economisch opzicht erg belangrijk voor Toscane. Door de haven is er veel werk en vestigen steeds meer bedrijven zich in en buiten de stad. Vooral op het gebied van chemie, raffinage en opslag is de haven koploper in Italië. Naast de haven komt een groot deel van de inkomsten uit de toeristenindustrie. Zo vindt u in de omgeving van Livorno onder andere de zee resorts Ardenza, Antignano en Quercianella.

Populonia
Populonia was de enige Etruskische stad gelegen aan de zee. Het was ook het grootste centrum van ijzersmelterij aan de Middellandse Zee van ijzer dat werd gewonnen op het nabijgelegen eiland Elba. Populonia is gelegen op de top van een heuvel, geheel omsloten door de zee. De stadsmuren uit de Middeleeuwen werden gebouwd om de stad te verdedigen tegen piraten. Verdere versterkingen werden gebouwd in de eerste helft van de 15de eeuw door Iacopo Appiani II en gerestaureerd in 1800. Tussen de muren ligt nu een apart klein dorp met enkele elegante winkels. Vanaf de top van het fort heeft u een prachtig uitzicht over de Toscaanse Archipel. In Populonia is een museum te vinden waar Etruskische en Romaanse vondsten uit de omgeving worden tentoongesteld. Het beeld dat bekend staat als de Apollo van Piombino, nu te vinden in het Louvre in Parijs, is gevonden in de wateren van de Golf van Baratti.

San Vincenzo
San Vincenzo combineert natuurlijke schoonheid met de aantrekkingskracht van een gastvrije vakantieplaats, wat het is een vakantiebestemming maakt waar toeristen het hele jaar terecht kunnen. San Vincenzo is een modern dorp met talloze accommodaties en sportmogelijkheden. Ook heeft het dorp een goed uitgeruste haven voor de pleziervaart. San Vincenzo staat vooral bekend om de goede restaurants, die gerechten bieden gebaseerd op lokale producten, vergezeld van uitstekende wijnen uit de streek. Het Rimigliano natuurpark, de nabijgelegen middeleeuwse dorpjes, de Etruskische overblijfselen bij Baratti en Campiglia en de natuurlijke bron bij Venturina maken San Vincenzo het ideale startpunt voor excursies langs de Costa degli Etruschi.

Provincie Grosseto

De provincie Grosseto heeft als hoofdstad Grosseto. De provincie Grosseto ligt aan de Tyrreense Zee en bestaat uit een licht glooiende streek, Maremma, waarvan de hoofdstad het centrum is en een oostelijk, meer heuvelachtig gebied. Tot de provincie behoren tevens enkele eilanden van de Toscaanse Archipel, te weten de Formiche di Grosseto, Montecristo, Giglio en Giannutri, en het schiereiland Monte Argentario. De provincie wordt doorkruist door de 160 kilometer lange rivier Ombrone. Grosseto grenst aan de Toscaanse provincies Pisa, Livorno, Siena en de provincie Viterbo die behoort tot de regio Latium. Belangrijke plaatsen in de provincie Grosseto die het bezoeken waard zijn, zijn naast de hoofdstad Grosseto de steden Follonica, Orbetello, Massa Marittima en Pitigliano.

Grosseto

Grosseto is de grootste stad in Maremma en ligt 10 meter boven de zeespiegel. De stad ligt vlakbij de Ombrone rivier welke uitmondt in de Thyreense Zee. De stad is ontstaan in de Middeleeuwen nadat de naburige stad Roselle in de 10de eeuw compleet was verwoest. In die beginperiode werd de stad beheerst door de Saracens. Later werd de stad bestuurd door de Aldobrandeschis en in 1336 kwam de stad in handen van de veel grotere stad Siena. Nadat Siena in 1569 een grote veldslag had verloren in de buurt van Florence, kwamen de rijkdommen van Grosseto terecht bij het Groot Hertogdom van Toscane.

Niet veel later werd de stad getroffen door een malaria-epidemie waardoor het aantal inwoners drastisch afnam. In de 2de helft van 18de eeuw begon de stad pas weer te groeien. Grosseto groeit nog steeds en is hard op weg om een belangrijke positie in te nemen in Toscane. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de stad gebombardeerd waardoor vele oude gebouwen werden vernield. Daardoor ziet het centrum van de stad er opvallend modern uit. De stad kent een aantal bekende monumenten welke het bezoeken meer dan waard zijn. Zo is er het Fortezza Medicea, de Kerk van S. Francesco en de Duomo. Daarnaast is het aan te raden om het nabij gelegen kleine dorp Montepescali te bezoeken vanwege de schitterende natuur en de prachtige huizen.

De stad moet het in economisch opzicht vooral hebben van de landbouw en de veeteelt. Daarnaast is het toerisme een belangrijke bron van inkomsten. Om toeristen aan te trekken, worden er jaarlijks vele evenementen georganiseerd. Zo is er in mei de Fiera dei cavalli, het paardenfeest. Daarnaast is er in juni elk jaar een grote bloemententoonstelling. Tevens zijn er enkele interessante musea te vinden. Zo is het Archeologisch Museum, het Natuur Historisch Museum en het Museum van Religieuze Kunst in Grosseto gevestigd. Daarnaast is het aan te raden om een bezoek te brengen aan Castiglione della Pescaia, een schitterend resort dat is gelegen aan de prachtige kust.

Ansedonia
Tegenover de haven van Porto Ercole ligt het slaperige kleine plaatsje Ansedonia. Het dorp heeft één van de beste stranden van Toscane. Anders dan de rotsen en kiezels die u op de meeste Toscaanse stranden aantreft, heeft het strand van Ansedonia zand zo zacht als fluweel. In Ansedonia brengen enkele van de rijkste Italiaanse families hun vakantie door. De Agnelli’s zijn hier bijvoorbeeld graag geziene gasten. Het water is warm en helder en het zachte windje zorgt voor goede windsurf mogelijkheden. Veel inwoners van Ansedonia zijn fervente windsurfers en ook al is het niet uw hobby, het is wel leuk om naar te kijken. Omdat Ansedonia aan zee ligt zijn er talloze mogelijkheden om een boot te huren om een heerlijke dag op het water door te brengen. Houd wel de uit het water stekende rotsen in de gaten.

Monte Argentario
Monte Argentario is al sinds mensenheugenis een geliefd vakantieadres van de rijken. Dit is natuurlijk niet voor niets, de bloeiende tuinen met tussen het groen verscholen villa’s, helder zeewater aan de voet van een steile rots en kleine zandbaaien maken dit tot één van de mooiste plekjes van Toscane. Monte Argentario kunt u goed bereiken vanuit Porto S. Stefano en Port’Ercole.

Pitigliano
Pitigliano is een kleine stad met als belangrijkste bezienswaardigheid het Piazza Garibaldi, geflankeerd door de vesting en aquaduct en met uitzicht over de huizen die tegen de kliffen gebouwd zijn. In de vesting vinden het Palazzo Orsini. Ook in de vesting is het Museo Civico gevestigd, met een interessante collectie Etruskische vazen en snuisterijen. De achterkant van de vesting grenst aan het Piazza della Repubblica, Pitigliano’s langwerpige hoofdplein. In het dorp is een 18de-eeuwse synagoge te vinden, die in de jaren 1960 gedeeltelijk is ingestort. Het duurde tot 1995 tot het gebouw werd gerestaureerd.

Provincie Florence

De provincie Florence heeft als hoofdstad de gelijknamige stad Florence en is bij uitstek de stad in Toscane die u moet bezoeken tijdens de vakantie. De stad Florence is goed bereikbaar dus het is raadzaam om net buiten de stad een mooie villa te huren. U kunt dan de gehele provincie Florence gaan verkennen. Wie van een prachtig uitzicht wil genieten moet naar Monte Senario. Hiervandaan is het niet ver naar Fiesole, dat werd opgericht door de Etrusken in de 3de eeuw voor Christus. Naast de andere historische overblijfselen is een bezoek aan het Romeinse theater een absolute must. In het gebied rond Fiesole vinden we ook Maiano, dat bekend is vanwege de groeves op Monte Ceceri. Enkele kilometers ten noorden van Fiesole, te midden van golvende heuvels, vinden we de Mugello en het gebied van Valdiseve.

Bagno a Ripoli, ten zuidoosten van Florence, is van Etruskische oorsprong. De Romeinen bouwden hier thermische baden door een deel van de rivier Arno te blokkeren bij Ripule, vandaar ook de naam. De rijke inwoners van Florence bouwden hier luxueuze huizen in de groene heuvels. Hier zijn tevens veel religieuze gebouwen te vinden zoals de Pieve di S. Maria dell’Antella en de Pieve di S. Donnino a Villamagna, de Oratorio di Santa Caterina a Rimezzano en de kerk van Mondeggi. Gebouwd op een heuvel ten zuiden van Florence, aan de rand van het Chianti-gebied, vinden we het prachtige complex van de Certosa Galluzzo, dat werd opgericht in 1342 door Niccolò Acciaioli en veel kunstwerken huisvest.

Als u de bosrijke heuvels van Roveta gepasseerd bent, waar we de Pieve di S. Alessandro a Giogoli vinden, arriveert u in Lastra a Signa. Het stadscentrum is nog steeds omgeven door de muren die Brunelleschi in 1365 bouwde in opdracht van de Florentijnse Republiek. Ook zeer interessant is het Ospedale di Sant’Antonio uit 1411, met een externe loggia, die ook door Brunelleschi werd gebouwd. Tegenwoordig is er een snelwegafslag bij Lastra a Signa en is het plaatsje industrieel sterk ontwikkeld. In de vlakte richting Scandicci vinden we het kloostercomplex van Badia a Settimo. Ten slotte is er nog Campi Bisenzio, dat zich ontwikkelde als de agrarische afdeling van de Florentijnse vlakte, maar tegenwoordig een industrieel centrum is. In de Middeleeuwen was het Castello di Campi zo sterk dat het de hoofdstad werd van het gebied met de plaatsen Calenzano, Signa en Montemurlo.

Meer richting het zuiden ligt het ooit ommuurde stadje Montaione. In de buurt van het dorp vinden we het klooster van San Vivaldo, dat een serie 16de-eeuwse kapellen met kunstwerken omvat. Certaldo is een ander klein stadje waarvan het grondgebied doorkruist wordt door de Via Francigena. Ondanks de moderne industriële ontwikkeling, is het historische centrum met toren-huizen, paleizen en versterkte stadsmuren nog steeds intact. Het plaatsje is vooral bekend omdat het beweert dat het de geboorteplaats is van Giovanni Boccaccio, waarvan wordt gedacht dat hij ook zijn laatste levensjaren hier sleet.

Borgo San Lorenzo
Deze oude gemeente werd gebouwd in de omgeving van een Romaanse kerk, de San Lorenzo, wat is terug te zien aan de naam van het dorp. Het bestaat nog steeds dankzij de goede economische en geografische ligging in het hart van Mugello. De gemeente Borgo San Lorenzo ligt op 193 meter boven zeeniveau op de linkeroever van de rivier de Sieve en beslaat een gebied van 146 vierkante kilometer in de Mugello vallei. Het telt tegenwoordig 16.000 inwoners. Het grote dorp heeft een goede verbinding met Florence, dat op slechts 35 kilometer afstand ligt. De gemeente beslaat de volgende dorpen: Arliano, Casaglia, Faltona, Ferracciano, Grezzano, Luco, Panicaglia, Polcanto, Razzuolo, Ronta, Sagginale, Salaiole.

Cerreto Guidi
Cerreto Guidi strekt zich uit over een heuvelachtig, landschappelijk gebied. Het ligt tussen twee gebieden van natuurlijke importantie, het Montalbano gebergte in het oosten en de Fucecchio moeraslanden in het westen. Het gebied staat bekend om de traditionele verbouwing van druiven en olijven. De gemeente Cerreto Guidi ligt op 40 kilometer van Florence en beslaat een gebied van 50 vierkante kilometer. Samen met de gemeentes Capraia en Limite, Empoli, Montelupo Fiorentino en Vinci maakt het deel uit van het ‘Renaissance Gebied’ een route rijk aan kunst, geschiedenis en natuur dat getuigt van de Florentijnse Renaissance.

Certaldo
Twee toppen in de buurt van de heuvel van Certaldo verbergen vele sporen van de Romaanse en Etruskische beschaving: de experts ontdekten dat de Poggio del Boccacio oorspronkelijk een indrukwekkende Etruskische grafkamer uit de 3de-2de eeuw v. Chr. was. Hier werd in de 7de eeuw een landbouwcentrum gecreëerd. Het oorspronkelijke centrum op de heuvel heeft nog altijd de originele middeleeuwse en renaissance structuur behouden. Sinds twee eeuwen is er naast het historische centrum ook een industrieel en stadscentrum ontwikkeld op de vlakte langs de rivier de Elsa en de stroom de Agliena.

Chianciano Terme

Het Val di Chiana, ten zuiden van Arezzo, ligt tussen het Val d’Orcia en het Val Tiberina. Dat de vallei altijd bewoond is geweest, blijkt uit de prehistorische muurschilderingen die zijn gevonden in de grotten van Monte Cetona. De vallei dankt zijn naam aan de rivier de Chiana en is een natuurlijke verbinding tussen de provincies Arezzo en Siena. De huidige vorm van de vallei komt voort uit het droogleggen van moerasgebied dat is gestart door de Romeinen en is voortgezet tot de 20ste eeuw. Leonardo da Vinci tekende een plattegrond van het gebied aan het begin van de 16de eeuw waaruit bleek dat in de vallei in die tijd een groot meer lag van noord naar zuid met aan beide zijden van het meer steden en dorpen. Siena en Florence vochten verschillende keren om de macht in de vallei. Tegenwoordig zijn er nog een tweetal overblijfselen van het eens zo grote meer, het Lago di Chiusi en het zeer kleine meertje in Montepulciano.

Montepulciano is de belangrijkste stad in de vallei en de oude 16de-eeuwse vestingwerken, ontworpen door Antonio da Sangallo il Vecchio, staan nog steeds. De smalle middeleeuwse straatjes en steegjes leiden naar het hoogste punt van de stad, Piazza Grande, een schitterend voorbeeld van een stadsontwerp uit de Renaissance. Internationaal bekende kunstenaars, waaronder Antonio da Sangallo en Michelozzo, hebben bijgedragen aan de bouw van Montepulciano. Het historische deel van Chianciano is gelegen op een heuvel en dankzij het feit dat de grote, moderne, thermische badcomplexen elders zijn gebouwd, heeft het zijn oorspronkelijke middeleeuwse uitstraling weten te behouden. Buiten de oude stadsmuren is er nog de moderne en functionele stad Chianciano Terme, gastheer voor meer dan een miljoen bezoekers per jaar die hier komen om te profiteren van de therapeutische eigenschappen van de bronnen en het prachtige omliggende landschap. Dankzij de vele hotels en conferentiefaciliteiten, worden er in Chianciano Terme ook veel politieke en culturele bijeenkomsten gehouden.

De stad Chiusi ligt in het heuvelachtige gebied in het zuiden van het Val di Chiana en is het oudst van alle nederzettingen in de vallei. Recente vondsten wijzen er op dat de nederzetting al in de bronstijd werd bewoond. San Casciano Bagni is de meest zuidelijk gelegen plaats in het Val di Chiana. Het ligt op de grens met Lazio en Umbrië. San Casciano Bagni is vooral bekend vanwege de thermale bronnen die de derde grootste capaciteit van Europa hebben.

Toscaanse Archipel

De Toscaanse Archipel is een Italiaanse eilandengroep in de Tyrreense Zee, gelegen tussen Toscane en Corsica (Frankrijk). De archipel die behoort tot de Italiaanse regio Toscane bestaat uit zeven bewoonde eilanden, waarvan Elba verreweg het grootste en bekendste is. De overige eilanden liggen in een boog om Elba heen. Van noord naar zuid zijn deze eilanden Gorgona, Capraia, Pianosa, Montecristo, Giglio en Giannutri. De laatste drie horen bij de provincie Grosseto, alle overige bij Livorno. Eveneens tot Grosseto behoren twee onbewoonde eilandjes, de Formiche di Grosseto, tussen Giannutri en het vasteland. Verder zijn er nog meerdere onbewoonde eilandjes bij Elba, bij Giglio, bij Montecristo en bij Pianosa. Tenslotte worden ook Argentarola, Cerboli, Formica di Burano, Meloria, Palmaiola, Isolotto di Sparviero en Isolotto di Porto Ercole tot deToscaanse Archipel gerekend. Het grootste eiland is Elba waar in 1814 Napoleon Bonaparte een jaar gewoond heeft. De overige eilanden zijn nog relatief ongerept en een groot deel ervan staat als nationaal park Parco Nazionale Arcipelago Toscano onder natuurbescherming. Alle eilanden zijn beheuveld, met uitzondering van het eiland Pianosa dat grotendeels vlak is. Het eiland Pianosa heeft lange tijd een gevangenis geherbergd. Deze is in 1997 gesloten. Nog steeds is het eiland niet vrij toegankelijk.

Capraia
Het ten noordwesten van Elba gelegen Capraia kan je in 2 à 3 uur bereiken vanuit Livorno en vanuit Portoferraio op Elba. Ook hier hebben de milieugroepen het pleit gewonnen van de projectontwikkelaars die hun tekeningen al klaar hadden. Het bergachtige eiland (oppervlakte 20 vierkante kilometer) blijft een stuk ongerepte natuur met zeldzame planten- en diersoorten en visrijke wateren. ’s Zomers worden er voor de kust zelfs walvissen gesignaleerd.

Het bewoonde gedeelte van het eiland is beperkt tot de baai waaraan de haven en het dorp Capraia Isola liggen. De auto kunt u aan wal laten: er is slechts één weg van enkele kilometers lengte. Wel zijn er volop wandelpaden, mogelijkheden om per boot de rotsachtige kust te verkennen, vogels te bespieden en kennis te maken met de onderwaterwereld.

Elba
Het grootste eiland van de Toscaanse archipel roept associaties op met Napoleon, die hier in de jaren 1814 en 1815 een tiental maanden in ballingschap sleet. Sinds de veldheer op het paradijselijke eiland verbleef (bepaald geen onaangenaam oord voor een verbanning), is er heel wat gebeurd. Het massatoerisme heeft Elba opgestuwd in de vaart der volkeren. Behalve bij de Italianen zelf is het vooral ook in trek bij Duitsers. Maar ondanks de enorme toeristenstroom die in het hoogseizoen de oversteek waagt, is de sfeer op Elba niet verpest door al te extreme uitwassen die een verblijf voor de op zon, zee en disco beluste massa aanlokkelijk moeten maken. Geen hoogbouw, geen fastfood, wel de Bild Zeitung zij aan zij met de Gazzetta dello Sport, ‘Brot’ naast ‘pane’ en bordjes met ‘In diesem Laden wird Deutsch gesprochen’.

Giannutri

Het eiland Giannutri is in 1,5 uur te bereiken vanuit Porto S. Stefano (tussen half juni en half september één boot per dag; heen om 10.00, terug om 16.45). Berekend op de ontvangst van toeristen is het eiland nauwelijks. En misschien is dat maar goed ook. Dat het al lang bewoond is, bewijst de ruïne van een Romeinse villa uit de 1ste eeuw. De wateren rond het eiland zijn een paradijs voor sportduikers.

Giglio
Na Elba is Giglio met zijn 1600 inwoners en een oppervlakte van 21,2 vierkante kilometer het grootste eiland van de archipel. Het is te bereiken vanuit de op Monte Argentario gelegen haven van Porto S. Stefano. De veerboten brengen u in een uur naar het drukke haventje van Giglio Porto, dat samen met Giglio Castello en Giglio Campese het bewoonde gedeelte van het eiland vormt. Vooral het zandstrand bij Giglio Campese is in trek bij de vakantiegangers en de vele weekeindgasten.

Giglio Castello ligt meer landinwaarts, hoog op de bergrug die het eiland doorklieft. Het is een schilderachtig dorp, omgeven door middeleeuwse muren en gedomineerd door de 14de-eeuwse burcht. De natuur van het eiland is fraai en buiten het gedeelte dat door het toerisme is ontsloten, ongerept. Giglio is bergachtig (hoogste top is de Poggio della Pagana, 498 meter) en heeft een grillige, rotsachtige kustlijn. De hellingen zijn begroeid met ‘macchia’, het altijdgroene mediterrane struikgewas. Daarnaast is er wat wijnbouw.

Gorgona
Veel minder toegankelijk is Gorgona, het noordelijkste en kleinste eiland van de archipel. Eén keer per week vaart er vanuit Livorno een boot naartoe (reserveren noodzakelijk, inlichtingen bij de APT). Een deel van het eiland is nog steeds in gebruik als gevangenis. Gorgona werd al bewoond door de Etrusken en de Romeinen. Pisa en Florence bouwden er in de 13de en de 15de eeuw versterkingen. In de wateren rond het eiland zijn scheepswrakken uit de Romeinse tijd en de Middeleeuwen gevonden. De onderwaterarcheologen vermoeden dat er ook Griekse en Etruskische schepen zijn gezonken.

Montecristo
Slechts mondjesmaat worden mensen toegelaten tot Montecristo, dat ooit Alexandre Dumas tot inspiratie diende. Het ten zuiden van Elba gelegen eiland (oppervlakte 10,3 vierkante kilometer) is al sinds 1971 een natuurreservaat. Voor een bezoek is toestemming vereist. Jaarlijks wordt slechts een duizendtal bezoekers, voor het merendeel wetenschappers, toegelaten.

Pistoia

De stad Pistoia ligt 67 meter boven de zeespiegel en zo’n 35 kilometer ten noordwesten van de stad Florence. De stad bevindt zich aan de voet van Apennijnen. De stad is van oorsprong Romeins maar werd onder invloed van de Lombarden een defensief fort en een zetel van ‘castaldia’. Na een periode van heerschappij door bisschoppen werd de stad in 1177 onafhankelijk. Daarmee is de Pistoia één van de oudste steden van Italië. In de 13de eeuw kende de stad veel voorspoed doch werd deze voorspoed enigszins getemperd door voortdurende gevechten met Florence. Uiteindelijk moest de stad het in 1306 afleggen en Florence nam de stad in bezit. Pistoia verloor haar autonomiteit en werd onderdeel van de Florentijnse bezittingen. Vervolgens werden de rijkdommen van de stad gedeeld met het Groothertogdom totdat in 1859 Pistoia onderdeel werd van het Koninkrijk van Italië.

De stad kent vele monumenten waaronder de Kathedraal van Pistoia, de klokkentoren, het Palazzo Pretorio en het Palazzo del Comune. Op cultureel gebied kent de stad vele belangrijke instituten zoals de Staatsarchieven, bibliotheken, het Stedelijk Museum, het Diocessaan Museum en de Turati Foundation. De economie van Pistoia is gericht op zowel de landbouwsector, zoals de fruitmarkten en de groentemarkten, als op de industriële sector. In deze laatste sector is vooral de kleding een grote bron van inkomsten.

Arezzo

Arezzo is een mooie stad in Toscane welke schitterend is gelegen in een heuvelachtig landschap. Arezzo is ontstaan onder de heerschappij van de Etrusken. Vooral in de Romeinse tijd was de stad erg belangrijk. Ook na de val van het Romeinse Rijk bleef de stad erg belangrijk. Dat blijkt ook wel uit de vele heersers die de stad heeft gehad. Zo heeft Arezzo onder andere onder Lombardische, Byzantijnse en Franse heerschappij gestaan. Vanaf dat moment begon de stad te groeien en werd de stad rijker en begon zich te ontplooien. De oude rivaliteit met Siena en Florence werd minder en minder en uiteindelijk behoorde Arezzo tot de Florentijnse Staat, waardoor de stad haar rijkdommen moest delen.

Arezzo kent een oud centrum dat volstaat met monumenten. Veel van deze monumenten zijn gebouwd in de Renaissance periode en dat is duidelijk te zien aan de gebruikte bouwstijlen. Schitterende monumenten zijn onder andere Pieve di S. Maria, Basilica van S. Francesco, Palazzo della Fraternità dei Laici, Kerk van San Domenico, Duomo en Casa del Vasari. Het mooiste plein van de stad is de Piazza Grande. Dit behoort tot de mooiste pleinen van Toscane. Naast vele monumenten kent Arezzo ook een aantal culturele instituten zoals de Petrarca Academie van Wetenschap, Letteren en Kunst, de Costanti Academe, het Mecenate Archeologie Museum, het Vasari Museum en Archieven, het Museum van Religieuze Kunst, middeleeuwse en Moderne Museum en Galerie en het Petrarca Theater. Daarnaast vindt u in de provincie het Caprese Michelangelo, het Michelangelo museum. Een bezoek aan dit museum is zeker de moeite waard.

Economisch gezien, is Arezzo nog steeds een belangrijke stad. Vooral op het gebied van de landbouw en de veeteelt speelt de stad een vooraanstaande rol in de regio. Daarnaast is er ook enige industrie te vinden. Ook de toeristen zijn erg belangrijk voor de stad. Daarom worden er ook jaarlijks grote evenementen georganiseerd. Zo is er in augustus het Concorso polifonico ‘Guido d’Arezzo’ en wordt er op de eerste zondag van september het Giostra del Saracino georganiseerd.

San Gimignano

San Gimignano is de mooiste stad van Toscane, in de herfst zelfs nog mooier, wanneer de kleur van de paleizen van bruin in goudgeel verandert. Een bezoek aan dit stadje completeert een ontdekkingstocht door Toscane. Deze plek werd al bewoond aan het einde van de Etruskische tijd, dat bewijzen de graven in de buurt. In de 12de eeuw werd San Gimignano een vrije en welvarende gemeente, die haar buursteden, en vooral dan Volterra, bevocht. Jarenlang vormde ze ook het toneel van een bittere vete tussen twee rivaliserende families: de Salvucci’s en de Ardinghelli’s.

Doordat de stad zo verscheurd was, viel ze in 1353 in handen van Florence. In de loop van die jaren vol geweld onderging de stad verschillende artistieke invloeden, waarvan nu nog talrijke monumentale sporen te zien zijn. Het stadje, dat op een heuvel ligt, wordt omringd door een driedubbele muur. U vindt hier nog steeds de sfeer en uitstraling van de Middeleeuwen, toen alle rijke burgers een toren lieten bouwen zodra ze daar de middelen voor hadden. Het was in die periode dat Dante in de stad verbleef in zijn functie van ambassadeur van de Liga van de Welfen van Toscane (1353).

San Gimignano wordt ook wel de ‘stad met de mooie torens’ genoemd. Ooit waren het er 72, nu zijn er nog maar 13 van over. Er wordt wel verteld dat de stad tijdens haar economische bloeitijd meer vierkante meter aan torens bezat dan New York aan wolkenkrabbers op dezelfde oppervlakte. De hoogte van deze torens getuigde overigens van de rijkdom van de eigenaar, die zijn buurman, tot diens grote ergernis, in de schaduw wilde zetten. Ze waren dus niet bedoeld om het mooie landschap te bewonderen. Naar verluidt zouden de torens onderling met elkaar verbonden geweest zijn door bruggetjes. Je ziet de gaten nog in de muren. In geval van nood konden bevriende families elkaar dan snel bereiken. Dit alles leidde tot zulke excessen, dat men besloot een halt toe te roepen aan de bouw van dergelijke gevaarlijke constructies.

Lucca

Lucca behoort tot de mooiste steden van Toscane en ligt 19 meter boven de zeespiegel op een plateau. Lucca wordt omgeven door 16de-eeuwse stenen muren. In de 19de eeuw werd besloten om de muren te behouden maar er werd wel een andere bestemming aangegeven. De nieuwe bestemming moest de karakteristieke middeleeuwse structuur blijven behouden en zodoende werd besloten om er een drie-baans avenue van te maken. Naast de beroemde stenen muur uit de 16de eeuw, kent Lucca nog vele andere monumenten. Zo is er de Kathedraal van Lucca waar de Graftombe van Ilaria del Carretto, een meesterwerk op het gebied van de beeldhouwkunst van de hand van Jacopo della Quercia zich bevindt, de kerk van S. Maria Foris portam, Case dei Guinigi, de kerk van San Michele in Foro, de kerk van San Frediano, het Palazzo Mansi, het Palazzo Pretorio, de Villa van Paolo Guinigi en de overblijfselen van het Romeinse amfitheater.

Daarnaast is Lucca rijk aan culturele instituten zoals de Academie van Lucca van Wetenschap, Letteren en Kunst, Nationaal Museum van de Villa Guinigi, de Nationale Kunst Galerie en het Giglio Theater. De economie van Lucca is grotendeels gebaseerd op de landbouw. In de omgeving vindt men vele olijf- en fruitbomen. Een groot gedeelte van de olijven wordt geperst tot olijfolie. Dit gebeurt in grote oliemolens die men veel in omgeving ziet.

De geschiedenis van Lucca is rijk. Zo was Lucca al in de Romeinse tijd een belangrijk kruispunt en tevens hoofdstad van de landerijen van de Hertog van Tuscia. Niet veel later, in de 8ste eeuw, werd het de zetel voor het Markiezaat van Toscane. In de vroege 12de eeuw werd Lucca een vrije stad waarna de stad al gauw begon te groeien in politiek en economisch opzicht. Wel was er in die tijd veel rivaliteit met de nabijgelegen stad Pisa. In de eerste helft van 14de eeuw werd de stad bestuurd door verschillende Signorie en in 1369 werd de stad een republiek en bleef zodoende onafhankelijk, afgezien van de periode onder de Guinigi Signorie en de Napoleontische periode. In 1847 werd Lucca opgenomen in het Groothertogdom van Toscane en werd zodoende gedwongen om de rijkdommen te delen.

Siena

Siena ligt in het hart van Toscane en wordt ieder jaar bezocht door duizenden toeristen. Seina is gebouwd op drie heuvels en heeft nog dezelfde uitstraling als ten tijde van de Middeleeuwen. De stad wordt gekarakteriseerd door nauwe straten en mooie gebouwen. De stad was vroeger een Romeinse kolonie en droeg de naam Sena Julia. De stad werd pas echt belangrijk in de Middeleeuwen. Eerst werd het de zetel van de Lombarden en later de thuisbasis van de Karolingers. Na een lange periode van dominantie door verschillende partijen, werd de stad in 1147 onafhankelijk. Niet veel later begon de stad met het uitbreiden van haar grondgebied. Deze expansiepolitiek leidde tot problemen met Florence en in 1555, na een lang beleg, werd Siena veroverd door de Florentijnen. Siena verloor haar autonomiteit en moest haar rijkdommen en bezittingen delen met het Hertogdom tot de unificatie met Italië.

De stad is van grote artistieke waarde. Er bevinden zich vele schitterende monumenten zoals het Piazza del Campo, één van de mooiste Middeleeuwse pleinen in Italië, het Palazzo Pubblico dat wordt overkeken door het Torre del Mangia en Palazzo Sansedoni. Op Piazza del Duomo bevindt zich de Kathedraal van Siena , één van de beste voorbeelden van Gotiek in Italië met schitterende graffitie en ingelegde vloeren. Andere attracties zijn Libreria Piccolomini, de 14de-eeuwse Baptistry, de Spedale di S. Maria della Scala en de overblijfselen van de Duomo Nuovo. Naast vele monumentale bezienswaardigheden kent Siena ook vele culturele instituten die het bezoeken zeker waard zijn. Zo kunt u een bezoek brengen aan de Accademia dei Fisiocritici, de Chigiana Muziek Academie, de Rozzi Academie, de Accademia Senese degli Intronati, Biblioteca degli Intronati, de Staats Kunst School, het Nationaal Archeologisch Museum, het Museo dell’Opera Metropolitana (met werken van onder andere G. Pisano, Jacopo della Quercia, S. Martini en P. Lorenzetti), het Stedelijk Museum, de Nationale Kunst Galerie en de Universiteit.

De economie van Siena is grotendeels gebaseerd op de landbouwproducten die vanuit de buurt worden aangevoerd. Daarnaast is er ook enige industrie en dan vooral op het gebied van voedsel, conserven en kleding. Toerisme is ook een belangrijke inkomstenbron voor de stad. Daarnaast kent de stad een groot aantal banken welke zijn ontstaan in de Middeleeuwen. Eén van deze banken, Monte dei Paschi, speelt mee op internationaal niveau. Omdat Siena nog een oude stadsstructuur heeft, is het centrum niet bereikbaar met de auto. Het centrum is wel bereikbaar met het openbaar vervoer.